© D.A. van Schaik Move-Support
Nieuwe indeling
hartslagzones
Wie
zich
verdiept
in
de
wereld
van
de
hartslagzones
komt
tot
de
conclusie
dat
er
een
hoop
verschillende
systemen
en
indelingen
bestaan.
Elke
indeling
is
onderbouwd
met
valide
argumenten.
Echter
wanneer
de
verschillende
indelingen
naast
elkaar
worden
gezet,
blijkt
dat
er
behoorlijke
verschillen
in
intensiteit
kunnen
ontstaat
bij
de
op
het
eerste
gezicht
zelfde
hartslagzones.
Dit
is
voor
de
amatueur-
of
net
startende
sporter
die
niet
begeleid
wordt
door
een
ervaren
inspanningsfysioloog
erg
verwarrend.
Welke
indeling in nu de juiste?
Een
van
de
grootste
problemen
onstaat
wanneer
vanuit
de
topsport
geldende
normen
worden
vertaald
naar
het
gebruik
voor
de
niet
topsporter.
Een
topsporter
heeft
zijn
leven
zo
ingedeeld
dat
de
vereiste
trainingsuren
gemaakt
kunnen
worden
en
er
volgens
de
ideale
periodiseringsmodellen
getraind
kan
worden.
Dit
leidt
ertoe
dat
de
topsporter
fysiek
voldoet
aan
het
ideaalplaatje
wanneer
we
naar
de
zone
indeling
kijken
van
de
hartslag.
Dit
verschilt
ook
nog
eens
per
sport.
In
de
praktijk
blijkt
dat
een
niet
topsporter
niet
kan
voldoen
aan
dit
ideaalplaatje.
Meer
dan
10
of
zelfs
15
uur
per
week
trainen is onhaalbaar en vaak ook niet de doelstelling.
Dit
verschil
in
training
leidt
er
vaak
toe
dat
het
voor
een
niet
topsporter
onmogelijk
is
de
indeling
van
hartslagzones
te
volgen
die
geldt
voor
de
topsporter.
Met
name
de
lagere
inspanningszones
zijn
bij
niet
topsporters
vaak
minder
goed
ontwikkeld
dan
bij
een
topsporter.
Maar
kan
een
niet
topsporter
dan
wel
op
hartslag
trainen?
De
Nederlandse
Triathlon
Bond
(NTB)
ondervond
dit
zelfde
probleem
en
ging
op
zoek
naar
een
eenduidige
indeling
die
voor
de
grote
groep
sporters
(niet
topsporters)
ook
bruikbaar
is.
Rekening
houdend
met
minder
getrainde
atleten
die
minder
trainingsuren
maken
dan
een
topsporter.
Om
daadwerkelijk
over
individuele
zones
te
spreken,
is
een
inspanningstest
met
ademgasanalyse
waarbij
de
VAT
en
RCP
worden
bepaald
essentieel.
Bij
Move-
Support
kan
je
terecht
voor
zo’n
inspanningstest.
Onderstaande
indeling
van
de
hartslagzones
is
gebaseerd
op
de
resultaten
van
een inspanningstest (VAT, RCP en MAX bepaling)
Volgens
de
inspanningsfysiologie
bestaan
er
slechts
drie
inspanningszones.
De
zone
voor
de
VAT,
de
zone
na
de
VAT
en
de
zone
na
het
RCP.
Echter
om
meer
richting
te
geven
aan
training
wordt
er
vaak
met
5
hartslagzones
gewerkt,
elk
met
hun
eigen
doelstelling.
Een
hartslagzone
wordt
gekenmerkt
door
een
boven
en
een
ondergrens
qua
hartslag.
Blijf
je
binnen
deze
zone,
dan
train
je
volgens
het
daarbij
behorende
trainingsprincipe
.
Maar
zo
eenvoudig
is
het
niet.
Het
lichaam
wordt
pas
geprikkelt
om
zich
aan
te
passen
(training)
wanneer
je
voldoet
aan
de
minimale
en
maximale
tijdsduur
van
zo’n
trainingsprincipe
en
de
juiste
hersteltijd
in
acht
neemt.
Hierover
lees
je
meer
in
het
artikel
trainen
met trainingsricipes